Vorige weekend waren we al in Zeeland en dat is zo goed bevallen dat we dit weekend weer gaan. De caravan laten we staan op de camping. Hij mag in de schuur slapen voor een euro per nacht. De campingbaas zal hem klaar zetten op de nieuwe plek waar wij komen te staan. Wanneer we aankomen, staat er inderdaad een caravan op de afgesproken plaats, maar het is alleen niet de onze. Ik loop naar de receptie en meld het misverstand bij de uitsterst vriendelijke jongen achter de balie. Hij zegt dat hij de caravans zo zal omruilen. Of ik dan even mee wil rijden om de juiste aan te wijzen. Zo gebeurt het ook en even later staat onze eigen vertrouwde Constructam op zijn plekje. Het heeft de hele week geregend en gestormd, maar nu is het weer prachtig weer. Er is zelfs sprake van uitzonderlijke zonkracht lees ik achteraf in de krant, maar dat wist ik al, want hoewel ik vorige week nog heb lopen opscheppen dat ik vrijwel nooit verbrand, is dat nu toch wel het geval. Het is de pijnlijke uitzondering die de regel vermoordt. Nu hoeft dat ook niemand te verbazen, want veel meer dan een beetje zwemmen en in de zon liggen hebben we niet gedaan. Mijn lief heeft nog wel een lokale rommelmarkt bezocht en scoorde daar een kattenbak en een slaapmatje. Echt dingen die je voor niet meer dan een habbekrats wil kopen. Zondag is alles weer versnoept en gaan we naar huis, maar eerst nog even langs het hippiefestival in Ouddorp. We verbazen ons over de enorme drukte, maar ook over de prachtige oude auto’s en campers die we er geparkeerd zien staan. En nog is er heel veel ruimte over en ook wij kunnen onze combinatie gemakkelijk kwijt, wel dankzij een tip van een Zeeuws meisje dat de weg kent. Op het strand is het heel druk, maar vooral ook heel erg heet. De kinderen gaan nog even bungee trampolinespringen, we eten sushi, saté en een patatje en dan sjokken we weer terug naar de auto. Het is te heet. Het is mooi geweest. Back home is ook goed. Daar is een douche.
Ate Vegter, 12 juni 2017