Het is bijna niet te geloven, maar ik speel nu al ruim zes jaar Wordfeud. En niet een beetje, het is echt een hele fatsoenlijke, doorgewinterde verslaving waar ik elke dag een shot of wat van neem. Ooit was ik in Monnickendam door een gelukkig toeval de eerste offline Wordfeudkampioen, maar ook dat is al weer zolang geleden, dat ik mij niet meer kan herinneren wanneer het geleden is.
Ik speel met een aantal van jullie, maar dat zijn allemaal vriendschappelijke potjes voor de ontspanning. Daarnaast speel ik sinds drie jaar ook mee in een bloedserieuze competitie, de Wordfeud League of Honour. Je vindt hem in Wordfeud onder +. Je speelt elke veertien dagen in een groepje van acht. De winnaar promoveert naar een hogere divisie en de onderste twee degraderen. Er zijn dertien divisies en meestal dobber ik heen en weer tussen de tiende en de zevende divisie. Hoger ben ik in al die jaren nog niet geweest.
Ik speel maar zelden tegen iemand die ik al eerder getroffen heb. Er zijn in één divisie ook meerdere groepen, in de achtste divisie bijvoorbeeld minimaal 64. Het gaat mij boven de pet om uit te rekenen hoeveel mensen dat zijn, maar dat hoeft gelukkig ook niet. Ik hoef alleen maar te winnen. Dat gebeurt soms, maar meestal blijf je stabiel en soms verlies je, net als in het gewone leven tussendoor. Zo speel je maar wat, zonder enige betekenis.
Maar nu gebeurt er iets interessants. In de laatste wedstrijd beklaagt iemand zich dat hij wint van degene die bovenaan staat. Dat ben ik dan toevallig, maar dat doet er eigenlijk niet toe, want ik sta net zo vaak onderaan. Opmerkelijk is dat deze speler beweert dat bij elke andere individuele sport de onderlinge strijd beslist wanneer je evenveel potje hebt gewonnen. Dat lijkt logisch maar hij staat zelf ook boven mensen waarvan hij heeft verloren. Het wordt nu wat ingewikkeld, maar niet voor de sportliefhebber Het is gewoon het normale competitiemodel, waarbij de stand wordt bepaald door het aantal wedstrijdpunten en bij een gelijke stand het doelsaldo beslist.
Soms pakt dat gunstig uit en soms niet. De vraag is of je op dat soort berichten moet reageren. Ik doe dat eigenlijk nooit, maar aan de andere kant intrigeert het mij ook waarom iemand zich zo laat kennen, terwijl hij van te voren weet hoe het werkt. Ik ben er nog niet helemaal uit.
Ate Vegter, 1 april 2018
www.atevegter.wordpress.com