Vanmorgen zie ik een Engels taxi staan. Nou ja, Engels, het stuur zit links en dat hoort in Engeland toch echt rechts te zitten en er zit ook een Nederlands kenteken op. Het lijkt dus op een Engelse taxi, maar het is een volbloed namaak, zoals je dat wel vaker ziet tegenwoordig, dat we geslaagde ontwerpen van vroeger namaken of zogenaamd verbeteren. Juist bij auto’s zie je dat heel veel.
Ik noem de New Beetle van Volkswagen, dat is een van de eerste denk ik, een leuk ontwerp, waar ze nu net mee gestopt zijn. Je ziet ook andere verbeterde versies van oude succesnummers, zoals de grote Mini Cooper, soms heftig opgeblazen, de mooie, nieuwe Fiat 500, ook in een lelijke 500+ uitvoering, de naar mijn idee mislukte Citroën Pluriël die een herinnering aan de oude eend teweeg moet brengen, maar nog niet eens in de buurt van de geur van een eend komt, zo lelijk, met een onhandig open dak, waarvan je de helft moet thuislaten. Wel mooi zijn de nieuwe Volvo’s, dat zijn altijd mooie auto’s en de kenmerkende brede uitbouw komt natuurlijk van de oer-station bij uitstek, de Volvo 240, waar ik dan toevallig zelf in rijd, wat ik 100 procent te danken heb aan de stijlbewustheid van mijn lieftallige echtgenote.
De nieuwe Panda haalt het ook niet bij de oude. Voor al die auto’s geldt dat ze technisch veel beter zijn dan hun voorgangers, maar dat ze er qua smoel niet in de buurt komen. Er gaat gewoon niets boven een originele eend, 240, kever, mini, 500 etc. Het zelfde geldt voor nagebouwde jaren-dertighuizen. Leuk geprobeerd, maar het is niks. Hoe komt dat eigenlijk, dat we technisch tot veel meer in staat zijn, maar dat het er lang niet altijd mooier op wordt? Is het misschien zo dat een geslaagd ontwerp een echte toevalstreffer is? De lelijke eend heet niet voor niets zo. Bij zijn presentatie werd hij afgekraakt als een canard, maar juist dat is zijn geuzennaam geworden, al kent iedereen hem ook nog wel onder zijn officiële naam 2CV, deux cheveaux, twee paarden. Ook de mooiste auto aller tijden is nog nooit door een van zijn vele opvolgers geëvenaard. Wat zegt dat over onze tijd, dat we zo terugverlangen naar vroeger, of geldt het alleen voor de ouderen die wij jongeren inmiddels zijn geworden? Dat zou wel eens kunnen. Mijn dochter van tien haalt haar schouders op wanneer ik over vroeger begin. Terecht, denk ik wel. Ik deed het vroeger zelf ook.
Ate Vegter, 18 september 2018
www.atevegter.wordpress.com