2247 Parijs

We gaan naar Parijs. Het is vlakbij, want we zitten in Versailles, weliswaar op een camping en in onze eigen caravan, maar toch mooi in Versailles, waar de bomen tot in de hemel groeien en de paleizen hun vleugels uitslaan met het gemak van wilde zwanen. Het weer is mooier dan voorspeld. Niet te koud en niet te warm, perfecte weersomstandigheden voor de grote stad.

We lopen twintig minuten door Versailles naar station Viroflay Rive Gauche en kopen daar een kaart voor de journée. De trein dentert ons naar Montparnasse, waar we door de spelonken van het metronet naar lijn 4 lopen. Dan nog een ritje van tien minuten en daar komen we weer boven midden in het winkelcentrum van de Hallen. Een paradijs voor de meisjes en Sofieke heeft in no time een nieuwe garderobe bij elkaar geshopt (ze heeft nu kleedgeld) en bijna nog een nieuwe bril. H&M, Zara, C&A, Pulled Bear, ik vraag me wel af waarom we naar Parijs gaan om te winkelen, maar dat zijn jongensvragen.

We lunchen bij Aux Trois Maillets aan de Rue Saint Denis, tussen de Hallen en Centre Pompidou. Ik bestel een steak tartare. Lief gruwt ervan en vraagt zich af hoe ik dat durf te bestellen, maar hoe dichter bij de Eiffeltoren, des te lekker ze zijn. Na de lunch lopen we naar Pompidou en de wijk in die daar achter ligt, Beaubourg, met zijn talloze winkeltjes. We worden nog bijna van de sokken gereden door zeven ME busjes van de gendarmerie, die op weg zijn naar een uit de hand gelopen demonstratie elders in de stad, maar verder is alles zoals het is. Fleux is een nieuwe winkel waar je je geld wel kwijt kan, met de leukste spulletjes voor in je huis. Even verder is er een winkel van Rice, waar we ons servies aanvullen met oranje en nog wat andere kleuren. Ik denk dat er niet veel mensen zijn die thuis van plastic bordjes eten, maar het Rice-servies maakt je elke dag vrolijk.

Dan gaan Lief en Piep nog verder winkelen, terwijl ik pauzeer op het terras van Aux Trois Maillets, waar ik nu al als vaste klant word onthaald. Ik kom tot rust met een paar diepe ademhalingen. Help mij zuchten, zou mijn schoonmoeder zeggen. Zoals ik de hele dag door Parijs heb gelopen, zo laat ik nu iedereen aan mij voorbijgaan en laat ik alles door mijn hoofd spelen. Het is een warm kloppend ritme van een groot levenslustig orgaan, dat altijd maar doorgaat. Als je hier ter plekke zou doodvallen, zou er een ambulance komen om je op te halen, waarna alles weer verder gaat alsof er niets gebeurd is.

De mondkapjes worden in alle standen gedragen, voor mond en neus, voor de mond, voor de kin, aan het oor, aan de hand, aan de arm, om de elleboog, soms zwierig aan een enkele vinger. Met name jongeren lopen veel zonder, terwijl het hier bijna overal verplicht is behalve sur place op het terras.

Daar zijn piep en Lief al weer terug. Ik bewonder hun aankopen en dan duiken we de onderaardse gewelven weer in op zoek naar lijn 4. Wanneer we van de metro overgestapt zijn op de trein zien we in de verte de Eiffeltoren naar ons knipogen, totdat hij in de verte achter de nieuwbouw verdwijnt.

Ate Vegter, 2 augustus 2021

Het wordt er niet beter op:
https://atevegter.wordpress.com/2016/02/27/773/

Advertentie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s