Ik was vorige week even in de Nimo, even die geur van verse boeken opsnuiven, even scharrelen tussen de grote jongens, loop ik opeens Jan Siebelink tegen het lijf, vrolijk jasje, hippe schoenen, helemaal Jan in z’n nopjes zal ik maar zeggen. ‘Heb je m’n nieuwe boek al gelezen,’ vraagt hij.
‘Nee Jan, eerlijk gezegd niet. Ik ben een beetje afgehaakt na Knielen op een bed violen. Ik heb vroeger De herfst zal schitterend zijn natuurlijk wel gelezen en dat vond ik prachtig en Knielen vond ik heel aangrijpend, ook omdat ik zelf uit een nogal orthodox nestje kom, maar Engelen van het duister vond ik veel te somber. Ik heb nog wel Suezkade gelezen, dat vond ik wel aardig en lief. Maar daarna ben ik met je gestopt. Ben je echt zo zwaar op de hand Jan? Ik geloof het wel hè? Misschien dat je daarom ook zulke hippe jasjes en vrolijke schoenen draagt, om de sombere zwarte ziel wat op te vrolijken, hahaha! Ik herken dat wel hoor. Ik zie het ook bij Hugo de Jonge, let maar eens op de lijnen rond zijn mond, dat is geen vrolijke jongen hoor, die moet het ook van zijn schoenen hebben. Hoe heet dat nieuwe boek van je trouwens?’
‘Ja, nu je het zegt, ik geloof wel dat al die dure kleren, want ze zijn niet van de kringloop hoor, dat al die kleren de functie hebben deze zondige ziel wat op te beuren. Ik kan er zo onder lijden, dat ik zeker weten nooit in de hemel kom, dat ik die vrolijke kleuren gewoon nodig heb.’
‘Ik zou me daar geen zorgen over maken, Jan. In de hemel zitten hele erudiete mensen, die lezen Jan Siebelink graag. Het kan hen niet somber genoeg zijn, als compensatie voor al dat goud en parelmoer om hen heen.’ ‘Denk je dat echt, Ate?’ ‘Ik weet het wel zeker, Jan. Er is geen Petrus die voor jou de deur op slot houdt. Maak je geen zorgen! Leef met plezier, rook met plezier, rook Pall Mall Export! Weet je nog? In de tijd waarin Knielen speelt rookte iedereen nog vrolijk. Nu zijn we alle opgewektheid kwijt en maken we ons alleen maar zorgen over de volgende persconferentie. Ik snap dat getob wel, hoor. Hoe heet dat nieuwe boek? Ik zal het wel lezen.’
‘Het heet Maar waar zijn die duiven dan en het gaat over een driehoeksverhouding van iemand met prostaatkanker en over de eeuwig frustrerende onzekerheid van de hoofdpersoon.’ ‘Nou Jan, dat klinkt al behoorlijk autobiografisch. Je strooit zeker ook weer lekker met heel veel Oudtestamentische teksten, denk ik?’ ‘Eh, nou ja, dat kan ik niet helemaal ontkennen. En het heeft een wat open einde, maar ik denk wel dat het goed afloopt.’ ‘Dat hoef ik niet te weten Jan, als het maar met vaart geschreven is, maar dat is jou wel toevertrouwd. Ik ga ervan genieten. Wanneer zie ik je weer?’
Ate Vegter, 27 oktober 2020
Proost, ik drink op de mooie herfstkleuren die weerspiegeld worden in de amberkleurige drank.
LikeGeliked door 1 persoon
Proost!
LikeLike