Lammetje en Stammetje hebben een probleem. Ze struikelen niet alleen de hele dag door, maar lopen ook heel vaak tegen elkaar aan de laatste tijd. En het digibord kunnen ze ook niet echt goed lezen. Daar begint het eigenlijk mee. De schaapjesherder ziet het al een tijdje aankomen, maar nu is de maat vol. ‘Jullie moet naar de dokter’, zegt hij.
En zo zitten ze een paar dagen later met Piep bij de poppendokter, want Lammetje en Stammetje zijn twee knuffels van Piep en die is verantwoordelijk dat het goed met ze gaat. De poppendokter kijkt heel goed in alle vier de oogjes en kijkt nog eens en nog eens en zegt dan: ‘Ik kan er niets aan doen. Je moet naar de oogarts.’ Dat is schrikken. Nu moeten ze naar het ziekenhuis, want daar zit de oogarts, op de oogpoli. En zo zitten ze een paar dagen later achter in de Volvo met papa en Piep, keurig in de gordel op weg naar het Knuffelland Ziekenhuis, waar pappa een dubbele afspraak heeft gemaakt. Ze moeten nog even wachten op een blinde beer en een stokdove kater, maar die laatste is verkeerd. Die moest bij de oorarts zijn, maar dat had hij niet goed verstaan en zo zijn ze toch nog snel aan de beurt en mag eerst Stammetje op de stoel van de oogarts gaan zitten. De oogarts is een heel aardige mevrouw en ze kijkt in het oog van Stammetje, eerst in het linkeroog en dan in het rechteroog. ‘Ik zie het al,’ zegt ze dan, ‘een lui oog. Links natuurlijk. Dat zul je altijd zien. Rechts werkt zich de hele dag uit de naad en links lummelt maar een beetje rond alsof het niks is. Dat is niet zo mooi, Stammetje.’ Haar ogen glanzen en haar stem trilt licht en Stammetje schrikt zich een hoedje. ‘Gelukkig is er wel wat aan te doen.’ zegt de oogarts nu, milder: ‘We plakken het rechteroog af en dan moet links aan de slag. Dat is wel even wennen, maar het komt goed. Kom over drie maanden maar terug.’ En ze plakt een pleister op Stammetjes rechteroog: ‘Zo, dan kan dat even uitrusten.’ En dan mag Lammetje. Nu heeft de dokter het snel gezien. ‘Jij hebt ook een lui oog, Lammetje,’ zegt ze. Hop, krijg jij ook een pleister op rechts. En kijk goed uit met links, want dat is wel even wennen.’ Nou, dat is het zeker en Lammetje en Stammetje zijn nog niet helemaal van de schrik bekomen en ze lopen wat onwennig terug naar de Volvo. Gelukkig heeft papa geen pleister op zijn oog en komen ze veilig thuis.
Nu weet je waarom Lammetje en Stammetje allebei een pleister op hun oog hebben en ze moeten over drie maanden terugkomen en Piep zal extra goed voor ze zorgen. ‘Wel jammer dat ze geen bril hoeven,’ zegt Piep nog, ‘dat had ik wel leuk gevonden.’ ‘Ja,’ zegt papa, ‘Eelke ziet ze al aankomen!’ Want Eelke is de opticien van Bril en Lens, dat weet iedereen, maar of hij schapenbrilletjes heeft, dat weet niemand.
Ate Vegter, 28 januari 2018
www.atevegter.wordpress.com
Vertederend verhaal – begin van een kinderboek? Mooie uitdaging.
LikeGeliked door 1 persoon
Ik heb wel meer kinderverhaaltjes gedaan Beertje kikker en nog een paar
LikeLike